De titel van dit concert geeft al aan dat Beethoven een speciale band had met
de door hem zeer bewonderde Joseph Haydn. Andersom was Haydn vanaf het begin dat
hij Beethoven les gaf overtuigd van diens enorme kwaliteiten.
Hoewel Beethoven in technische en in muzikaal-inhoudelijke zin voortborduurde op
het werk van Haydn, overvleugelde hij later zijn leermeester. De branie van
Ludwig én de bescheidenheid van Joseph Haydn zullen daar ook debet aan zijn
geweest.
De titel "Papa Haydn was wellicht in meerdere opzichten ook van toepassing op
de relatie die de twee hadden: de leerling keek bij 'm op, maar distancieerde
zich op een bepaald moment ook van hem en dacht het allemaal beter te kunnen en
te weten.
Welke zoon doet dat niet?
Het in 1996 opgerichte Ruysdael Kwartet is misschien wel het meest
toonaangevende voorbeeld van het succes van de internatioonaal zo geroemde
Nederlandse ensemble-cultuur en bestaat uit:
Emi Ohi Resnick, viool
Joris van Rijn, viool
Gijs Kramers, altviool en
Jeroen den Herder, cello.
Van Haydn speelt het kwartet het vierde deel van zijn zes strijkkwartetten opus
76, ook wel de Erdödy kwartetten genoemd. Hij schreef het stuk op latere
leeftijd toen hij zijn eigen specifie-ke stijl geheel had ontdekt en ontwikkeld.
"Echt Haydn" zogezegd.
Het kwartet vervolgt het concert met het indrukwekkende originele laatste deel
van Beethovens strijkkwartet nr.13, de Fuga. Hij verving dit deel later op
verzoek van zijn uitgever, waarschijnlijk om commerciele redenen, iets wat de
koppige Beethoven in slechts heel uitzonderlijke gevallen deed.
Beide stukken vormen een goed voorbeeld van de verhouding tussen "vader/meester
en zoon/leerling". Elke toeschouwer/luisteraar zal zijn/haar eigen oordeel
moeten vormen.
terug naar programma
|
 |